Het is in Italië groot nieuws en ook hier verspreiden de verhalen zich in rap tempo: Sergio Marchionne heeft in een uitgebreid interview met de Italiaanse krant La Repubblica ferme uitspraken gedaan over de toekomst van de Fiat Group en de merken die daarbij horen. Als het gaat om Alfa Romeo hoeven we ons volgens Marchionne geen zorgen te maken, voor Lancia is het een heel ander verhaal.
Hoeveel gesprekken over ‘het nieuwe Lancia’ wij van AutoItalië de laatste jaren met liefhebbers van Italiaanse auto’s hebben gehad durven we zo niet te zeggen, maar het waren er héél wat. Twee conclusies uit vrijwel al die gesprekken: ‘het huidige Lancia is eigenlijk geen Lancia’ én ‘maar ja, liever zo dan weg met het merk’.
Dat laatste lijkt ineens flink wat stappen dichterbij te komen, in ieder geval buiten Italië, na Marchionne’s harde woorden in de Italiaanse media. Al is er strikt genomen weinig nieuws onder de zon. Marchionne lijkt Lancia als merk met een breder gamma niet interessant meer te vinden. Hij zegt op dit moment alleen nog brood te zien in de Ypsilon-lijn en dan, jawel, alleen voor de lokale markt. Denk bij ‘lokaal’ dan niet aan Europa, maar aan puur en alleen aan Italië, want daarbuiten heeft het merk volgens CEO Sergio weinig meer te zoeken. In feite is dit een bevestiging van de bestaande situatie. Lancia doet het in Italië van oudsher goed, met name de Ypsilon verkoopt daar uitstekend. Buiten het moederland is het allemaal wat minder, om het voorzichtig te zeggen. Van de Lancia Delta was al bekend dat de volgende generatie als Chrysler geboren zou worden en strikt genomen zou dat dus nooit een auto worden met Lancia-genen. De huidige Lancia Thema en Voyager zijn als Chrysler-kinderen in Europa ook geen enorme kassamagneten. In zoverre kun dus je de visie van Marchionne, leuk of niet, gewoon heel nuchter noemen. Willen we het tij nog keren, zullen we dus (het liefst deze week nog) zeer massaal aan de nieuwe Ypsiilons en Delta’s moeten om te bewijzen dat Europese kopers wel degelijk interesse hebben in Lancia’s van Italiaanse komaf. Chrysler wordt trouwens in Marchionne’s verhaal amper genoemd als het gaat om ons werelddeel, al is en blijft de Europese markt voor Jeep zeker niet onbelangrijk.
Over Alfa Romeo daarentegen is het niets dan positief dat Marchionne roept als het op de toekomst aan komt. Uit de woorden van Marchionne is op te maken dat hij de Italiaanse autofabrieken weer goed aan het draaien wil krijgen en dat met Fiat en Alfa Romeo wil doen. Fiat voor de productie van compacte, betaalbare auto’s en Alfa Romeo voor het wat hogere segment dat internationaal het predikaat ‘premium’ moet gaan krijgen. We moeten toegeven: een duidelijk verhaal is het wél.
De namen Fiat SpA en Chrysler zullen straks overigens geen van beide meer dienst doen bij de naam van het concern. Volgens Marchionne is het een kwestie van tijd voor het complete Fiat-Chrysler concern een nieuwe naam krijgt.
Alles wordt dus gedaan om de fabrieken Pomigliano, Melfi, Cassino en Mirafiori weer goed rendabel te krijgen. Marchionne is zeer positief gestemd over de toekomst, mede door de overname van Chrysler. Nu de Amerikanen Ferrari en Maserati ook een beetje gaan zien als eigen merken ziet Marchionne daar grote export-kansen voor Italië. In en buiten Europa moet Alfa Romeo, samen met Maserati, kunnen gaan zorgen voor een eigen plek binnen het hogere segment. Tevens benadrukt Marchionne weer eens dat het erg leuk is dat dat de Duitsers – lees: Volkswagen – Alfa Romeo graag zouden willen kopen, maar dat dat toch écht niet gaat gebeuren.