Bij klassieke Ferrari’s kun je vaak spreken van tijdloze schoonheden, modellen die een lust voor het oog zijn en waar verhoudingen stuk voor stuk lijken te kloppen. Het kan ook anders, we laten je graag kennismaken met de 166MM/212 Export, ook wel bekend als ‘Uovo’. Juist ja, het ei!
Graaf Giannino Marzotto, belachelijk vermogend door het vele geld dat zijn vader verdiende met een groot mode- en textielbedrijf, is Ferrari-liefhebber van het eerste uur. Zijn familie is nauw bevriend met de familie Ferrari en er worden diverse raceauto’s bij het merk gekocht. In 1950 wint Marzotto de Mille Miglia, met een 195 S. Het meest opvallende is daarbij niet eens zijn leeftijd (met 22 jaar is hij de jongste winnaar tot dan toe) en ook het feit dat hij Juan Manuel Fangio verslaat is maar bijzaak. Het meest opvallende van Giannino is dat hij de gehele wedstrijd in een fantastisch mooi maatpak rijdt.
Het verhaal gaat dat Giannino voorafgaand aan de Mille Miglia van 1950 veel heeft getest in de 195 S en deze in eerste instantie maar traag vond in vergelijking met zijn oude 166. Wat bleek: de motorbouwer van zijn 195 S, Luigi Bazzi, had de krachtbron ietsje teruggeschroefd omdat hij het vermoeden had dat Giannino het geweld van de nieuwe motor niet zou kunnen handelen. Uiteraard werd het vermogen hersteld en de Ferrari 195 S bleef auto’s als de Alfa Romeo 6C Competizione en Jaguar XK120’s voor.
De drie oudere broers van Giannino reden ook mee in de Mille Miglia van 1950. Umberto en Paolo reden in 166MM’s, Vittorio reed samen met co-piloot Paolo Fontana in een 195 S. Fontana was niet alleen een goede rijder en monteur maar was ook nog eens bijzonder getalenteerd als het ging om carrosseriën bouwen. Fontana was een vrij onbekende carrozzeria in die dagen, hij ontwikkelde onder andere een hardtop-versie van de Lancia Flaminia en diverse Ferrari’s.
Na de Mille Miglia van 1950 ging Giannino Marzotto op bezoek bij Enzo Ferrari om te praten over de aerodynamische kenmerken van de racers van Ferrari. Hij vertelde dat er wat verbeterpuntjes waren maar zoals het eigenlijk altijd ging bij ‘il Commendatore’ was het antwoord vrij duidelijk: de auto’s zijn perfect. Punt.
Op dit punt komen de verschillende namen van hierboven samen. Marzotto ging eigenhandig laten zien dat het nog beter kon en liet zelf een auto bouwen voor de Mille Miglia van 1951. Het chassis van de 166MM werd gecombineerd met de grote 2.6 Colombo V12 uit de 212 Export waardoor het vermogen steeg van 140 pk tot ongeveer 165 pk. Fontana boog zich over het bouwen van de carrosserie, die werd ontworpen door Franco Reggani. Door veel aluminium te gebruiken werd het gewicht omlaag gebracht en de zeer gladde vormgeving zorgde voor betere aerodynamische kenmerken dan Ferrari’s eigen auto’s. Door zijn vormgeving kreeg de auto al snel de bijnaam ‘Uovo’, oftewel ‘ei’.
In de ‘Mille’ van 1951 lag Marzotto na 370 mijl op ongeveer 10 minuten afstand van de nummer twee. Het was Marzotto en Fontana gelukt een auto te bouwen die op kop kon rijden tussen de grote der aarden. Helaas zorgde technische mankementen voor uitval. Helemaal bekend is de reden van uitval niet, er wordt gesproken van een band waarbij het loopvlak los liet.
Niet veel later is het vermogen van het eitje opgekrikt naar 185 pk en wint de Ferrari de Giro di Toscana. Er wordt nog aan meer races deelgenomen, veel in Italië en later ook in Californië. Inmiddels heeft de auto een tijdje in het museum van Ferrari gestaan en was het een deelnemer aan de diverse moderne edities van de Mille Miglia.
Over enkele maanden zal de Ferrari vermoedelijk van eigenaar gaan wisselen. RM Auctions biedt het aan tijdens de veiling in Monterey, 18 en 19 augustus van dit jaar. Er wordt gegokt op een bedrag van meer dan 5 miljoen.
[Best_Wordpress_Gallery id=”51″ gal_title=”Ferrari 166MM 212 Export Uovo”]